Het stond in de krant, er is een film, het is een rage, ik was nieuwsgierig en zij had ze alle drie. Ik mocht ze lenen en kreeg op de valreep te horen dat een andere lezer was afgehaakt om het beroerde Nederlands. Misschien dat die opmerking mij beïnvloedde, dat ik eerder meesmuilde om aparte formuleringen en de verrassing dat ze ook in Zweden een KLPD en FIOD hebben en dat je er in de WAO kunt zitten. Geen idee wat er in het Zweeds staat, mijn Zweeds reikt niet veel verder dan ja, nee, niet, dank je wel. Wie weet heb je als je Larssons origineel leest ook het gevoel dat je in een registerachtbaan zit, hup formeel, woesj plat, hola archaïsch, en worden de IT-aspecten vaak inderdaad knulligst uit de doeken gedaan. Allemaal half zo relevant, het verhaal steekt razendknap in elkaar. Deel I vond ik redelijk boeiend, had naar mijn smaak wel een erg lange epiloog (heb je de ontknopig gehad, komt er nog pagina na pagina na pagina over wat eerst bijzaak was), deel II had me sneller in zijn greep en ik las naadloos verder in deel III. Dat was het dan. Als je van thriller houdt, lees je deze boeken naar alle waarschijnlijkheid met veel plezier. Dat een hoofdpersonage hackt als de beste vond ik weer een leuk element. Dat vrijwel alle details een radertje in het grotere geheel blijken, is gewoon netjes. Een enkel verhaallijntje hangt nog in het luchtledige, maar ik weet vrijwel zeker dat Larsson die nog in de andere delen zou hebben opgepakt. Misschien kun je dat nog eens lezen.

Bloem vertelde op de radio over haar nieuwste roman. Nogal aanstekelijk, dezelfde middag kwam ik met de zaterdagboodschappen én het boek thuis.
Er was er één jarig en ik zocht een passend boek. Dit verhaal speelt in Bohemen, de kaft deed denken aan Krabat, de associatie werd bevestigd door de opmerking binnenin: 'In de traditie van Meester van de zwarte molen'. De gelukkige ontvanger houdt van Krabat, ik ook.
So here we have liberal-minded librarian Alice Lindgren telling the story of her life. She meets and marries boisterous Charlie Blackwell, who loves to make a lot of noise and thinks he’s one hell of a fun Republican. Alice tells about her marriage to this man and their life together, in which Charlie has a career of sorts and Alice is busy being privileged. They actually make it to the White House.
Maandag patli khichri (Indiase rodelinzensoep), vorige week zwartoogboontjessoep uit Trinidad, eerder deze zomer voor de zoveelste keer en het wil maar niet vervelen mediterrane verse tuinbonen gesauteerd met knoflook en salie, eveneens vaak en verveelt toch nooit bloemkool met gember en room (Indiaas-Amerikaans), zo nu en dan de ultieme troostsoep
Lewinsky heeft verhalen en kan die prachtig vertellen. Hij weet vaak in één zin hele werelden aan te duiden, maakt in een nevenzin helder waarvoor anderen alinea’s nodig hebben. Melnitz is zo’n boek vol van kirrende verhalen, mooie geschiedenissen, gruwelijke narigheid, allerlei lijnen die zich eindeloos vertakken. Over de geschiedenis die zich niet zou herhalen, maar wel herhaalt en nog steeds herhaalt. Ik begrijp niet waarom de Nederlandse uitgever de Duitse titel Melnitz niet heeft gehandhaafd. ’t Is een naam die het hele verhaal in zich draagt. Dat geldt niet voor de suffe Nederlandse titel Het lot van de familie Meijer (dat zegt niets over de kwaliteit van de vertaling, menig vertaler is ongelukkig met de uitgeverskeuze voor vertaalde titels; ik las het origineel en heb verder geen mening over de Nederlandse uitgave).
In 1970 was onze maup een mupje dat in de VS woonde. In dat jaar zag Sesame Street het licht. Aan het Sesame Street van toen kan ik pagina’s vol nostalgie wijden, anderen ook en sommigen doen dat dan ook. We hadden thuis een LP met Sesame Street-liedjes die zo voor het leven in mijn hoofd belandden.
Tussen alle bedrijven door het lezen niet gelaten. Dit was een van de hoogtepunten.
Vier hoofdstukken uit het leven van studente Iris Vegan. Ze maakt vreemde dingen mee door eigenaardige ontmoetingen, maar ook ontwrichtende psychische processen in haar zelf waar ze geen grip op lijkt te hebben. De hoofdstukken volgen haar leven niet chronologisch, maar er zijn wel verschillende verwijzingen dat je inzicht krijgt hoe ze in elkaar grijpen en welke gebeurtenissen aan welke zieleonrust voorafgaan. Het hoofdthema is die zieleonrust, die Iris in allerlei schakeringen ondergaat.
Ik keek het gegeven paard in de bek, trachtte zonder oordeel vooraf te waarderen en waardeerde niet wat ik las. De eerste alinea’s nodigen uit tot verder lezen, prima. Dan komen de eerste struikelblokken, zinnen die je verward achterlaten. Ze dronken koffie aan haar tafel en met een even grote kracht als hij niet zo lang daarna zou weten dat hij van haar af wilde, had hij haar gewild. Hûh? Nog maar eens lezen. Aha, hij, Fred, wil haar heel graag en dadelijk wil hij haar net zo graag niet meer. Behalve dat Fred vervolgens een wat langere relatie met deze vrouw krijgt en later uit niets blijkt dat hij ‘met grote kracht’ van haar af wil. Hij wil nogal slap van haar af, hij is ook een niksig weekdier, zij beëindigt de relatie. Komt geen kracht van zijn kant aan te pas. Meer kromme zinnen en inconsequenties, maar ik haak niet af, ben zelfs nieuwsgierig naar verder verloop.
Wat het beste boek is, kun je niet meten, wel wat het best verkoopt. De CPNB heeft de
Homes was een tijd terug (najaar 2006 meen ik) te gast bij The John Adams Institute in Amsterdam en las toen voor uit haar nog te verschijnen ‘memoir’ The Mistress’s Daughter. Daarin vertelt ze hoe ze op 31-jarige leeftijd in contact komt met haar biologische moeder en later ook vader en over de bizarre wereld waarin ze vervolgens terechtkomt. Het stuk dat ze die avond in Amsterdam voorlas was geestig en maakte nieuwsgierig naar het verdere verhaal. Nu heb ik deze nieuwsgierigheid dan eindelijk bevredigd.
Akunins speurneus Fandorin is ijdel en trots en zelfingenomen en niettemin of juist daarom prima te hebben als hoofdpersoon. Dit Fandorinverhaal is weer anders opgezet dan
Een jonge vriend was jarig, ik zou op bezoek gaan, er kwam allerlei tussen (aardverschuiving, verhuizing, veel hooi, kleine vork, etc.), ik ging nog niet. Ik had voor de jarige wel een boek uitgezocht. Mijn eerste keus was een titel van Andreus geweest, het boek bleek echter beschadigd, er was maar één exemplaar, zo week ik uit naar Mistica Maeva. Een gok, maar het zag er mooi uit en de eerste regels beloofden wat. 'Dat is ook veel leuker dan Andreus,' aldus de boekverkoper nog en ik ging tevreden naar huis.
Ik was op vakantie en ik nam mee: nogal wat boeken. Het goede voornemen was verschillende titels vanuit Indonesië de wijde wereld in te sturen. Uiteindelijk is het me gelukt vier boeken uit te zwaaien, daar staan twee nieuw verworven titels tegenover. Het ene boek kocht ik, het andere vond ik. Het lag op de stapel boeken naast de kassa van een eethuisje. Mijn monomane boekenoog spotte de boekenstapel meteen. Veel titels die mij niet interesseerden en toen ineens deze dikke pil van Susanna Clark. Qua omvang nam ik zo meer boek dan ik gaf.
Koud bloed is een nieuw literair-journalistiek tijdschrift met als thema misdaad. Het wil het in de Engelstalige wereld populaire 'true crime'-genre meer bekendheid geven onder Nederlandse lezers en brengt verhalen van Nederlandstalige auteurs. True crime is een non-fictiegenre waarin de auteur zich baseert op een echt gebeurde misdaad en echte mensen. Niet per se mijn genre, 'echt gebeurd' maakt een verhaal voor deze lezer niet aantrekkelijk, waarachtig wel. Het eerste nummer kreeg ik en ik heb er her en der wat in gelezen. Een volgend nummer zal ik laten liggen; misdaad mag dan, aldus de redactie, iets zeggen over de tijd waarin we leven en een onderwerp zijn dat ieder mens raakt, in deze vorm raakt het mij matig. De bijdragen hebben een hoog Peter R.-gehalte, geef mij maar de krant.
Seriemoordenaar houdt huis in Stalinistisch Rusland. Hij heeft het op kinderen gemunt, is voor zijn werk veel onderweg en laat her en der in het land zijn gruwelijke visitekaartje achter. In het Rusland onder Stalin komt zoiets niet voor, dat is iets voor het gedegenereerde Westen en vooralsnog worden de moorden niet met elkaar in verband gebracht, maar toegeschreven aan de eerste de beste plaatselijke zondebok, de buitenbeentjes van het sociale arbeidersparadijs. In 1953 was daarom iedereen in de Sovjet-Unie blind voor deze psychopaat. Iedereen? Nee, één man, Leo, gaat een lichtje branden en vervolgens bindt hij de strijd aan met het systeem en gaat hij op zoek naar de moordenaar.
Naser is een Eritrese jongen die in 1980 op zijn tiende naar Soedan vlucht, waar zijn oom hem en zijn broertje oppikt en meeneemt naar zijn huis in Djedda. Van de regen in de drup, blijkt al snel. Naser is opgegroeid tussen vrouwen, in het streng islamitische Saoedi-Arabië maken mannen de dienst uit en zijn alle vrouwen aan zijn zicht onttrokken. Ze gaan in boerka gehuld over straat en worden ook op allerlei andere manieren afgeschermd van de mannenwereld. Er gaan verhalen rond over vrouwen die liefdesbriefjes laten vallen voor de voeten van een man en zo contact zoeken. Om de liefde of om de verveling te verdrijven?
De Britse officier Richard Burton (1821-1890) belandt voor de East India Company in Brits-Indië, heeft daar meer belangstelling voor de plaatselijke bevolking, taal en gebruiken dan voor de gezapige, benauwde kolonialistische arrogantie van zijn landgenoten, verdiept zich in het hindoeïsme en, als hij later wordt overgeplaatst naar Sindh, in de islam. Hij verbruit het bij zijn meerderen, wordt met 'ziekteverlof' teruggestuurd naar Engeland en bereidt een volgende reis voor. Dit keer reist hij als moslim verkleed eerst naar Caïro, van daaruit naar Medina en Mekka. Hij vertrekt als ontdekkingsreiziger, maar wordt gaandeweg ook steeds meer pelgrim en beleeft tijdens deze pelgrimage onbedoeld een zekere loutering. In de derde reis die in het boek wordt beschreven, trekt Burton vanuit Zanzibar Afrika in, op zoek naar de bron van de Nijl.
Waar is de taart is een prachtig oneindig beeldverhaal. Meneer en mevrouw Hond doen de dagelijkse klussen, het zit er zo op, de taart staat al klaar. Twee ratten gluren vanuit het bos en ho, ze gaan er met de taart vandoor. Pagina na pagina volgen we meneer en mevrouw Hond die de grijpgrage ratten achternazitten. Dat is slechts één van de vele verhalen die van prent naar prent worden verteld. Er zijn een huilend konijntje, een kameleon op vrijersvoeten, een stelletje brutale apen en en en.